Toegevoegd: 16 mei 2006
Murud, 7 tot en met 9 mei 2006
De vochtige hitte van Bombay is na zes dagen wel genoeg geweest. We snakken naar een beetje frisse lucht. Voordat we weggaan, vervabgen we nog wat kleren die er ondertussen wel erg afgewassen uitzien of gewoon uit elkaar beginnen te vallen. De 'fashion street' bestaat uit kilometerslange rijen kraampjes met spotgoedkope kleding: van Indiase spiegeltjesrokken tot van de vrachtwagen afgevallen H&M broeken. Onze buit na een dagje shoppen: rok Rian, blouse Rian, een van de vrachtwagen afgevallen H&M broek Marnix, t-shirt Marnix, tas van oude sari's Rian en wikkelbroek Rian voor 970 rupees (17, 60 euro). Doe ons dat maar eens na in Nederland!
Met de buit binnen stappen we op de boot naar Mandva. De airco staat ijs- en ijskoud en tegen de tijd dat we in Mandva aankomen hebben we kippenvel op onze armen staan. De shuttlebus, die bij de bootticket inbegrepen is, brengt ons naar Alibag. Daar nemen we een lokale bus naar Murud. Het Bamboo's Nest House heeft basic bamboehutjes onder de palmbomen, tien meter van het strand vandaan. Vanuit de zee waait een heerlijke verkoelende wind. Het strand ziet er weliswaar niet aantrekkelijk uit door het zwarte zand en als vrouw kan ik niet in mijn bikini de zee induiken zonder ongewenste aandacht te trekken van de Indiase mannen, maar we waaien heerlijk uit.
Murud is een heerlijk relaxed en vriendelijk stadje en een geliefd vakantieoord voor Bombayers die net als ons even willen ontsnappen aan de drukte, hitte en smog van Bombay. Tot de derde dag zijn we de enige gasten, maar dan volgt er een nvasie van een groep luidruchtige en uitgelaten mannen. Het blijken levensverzekeringverkopers te zijn en hebben een teamuitje. Zodra ze Marnix zien, wordt hij uitgenodigd om cricket en voetbal te spelen en al snel volgt een uitnodiging om met hen te gaan eten. Het zijn enthousiaste, aardige en supernieuwsgierige gasten. De mooiste vraag is wel of we een gearrangeerd huwelijk hebben of dat we uit liefde getrouwd zijn. Als we antwoorden 'uit liefde', kijken ze ons aan met een blik van 'stelletje geluksvogels'. Het blijkt een hot item te zijn onder de Indiase jongere generatie en een mentaal gevecht wordt momenteel geleverd tussen de oude en nieuwe generatie Indiers.
De jongens zorgen ervoor dat we zoveel mogelijk in de watten worden gelegd. We mogen geen rupee mee betalen. 's Avonds hebben we een heus strandfeest met ze, waarbij ze hun auto zo parkeren dat we kunnen dansen op de Hindipop die uit de autospeakers schalt.
Eigenlijk waren we van plan de volgende ochtend de bus naar Alibag te nemen om van daaruit de bus naar Pune te pakken. We besluiten om met hen mee terug naar Bombay te gaan, waar ze ons willen afzetten op het busstation. De bus die via Alibag naar Pune gaat, komt uit Bombay en zit al vaak vol. Als we vanuit Bombay vertrekken hebben we zeker weten een plekje. In lpaats van in de bus te gaan zitten, bezoeken we samen met ze het Janjirafort en rijden we mee terug naar Bombay. Omdat een van hen erg autoziek wordt, moeten we vaak stoppen. Het is uiteindelijk 21.00 uur als we in Bombay aankomen en te laat om nog door te gaan naar Pune. De jongens zorgen voor een hotelkamer en bustickets voor de volgende ochtend en drukken ons op het hart vooral te bellen als we veilig aangekomen zijn in Pune. Overdonderd door zoveel hartelijkheid kijken we elkaar aan. Dit was wel het laatste wat we verwacht hadden in India!
|